maandag 21 maart 2022

gedicht 'De Vlag' (oorlogsgedicht)

 


(Uit de bundel 'Madrigalen van Strijd en Liefde')

De Vlag

I

Het symbool van respect.

Het symbool van eenheid.

Het symbool van eeuwigheid.

Het symbool van verscheidenheid.

Het symbool waarvoor we vechten.


Hoera - hoera.


De vlag van broeking naar vluchtzijde

beschouwt onze heraldiek.

Ze wordt gehesen - gestreken - opgeborgen.


We houden ons vast aan haar geheugen

geloven in haar rechtvaardigheid.

We spreken net van wroeging

spreken niet van dwaasheid

maar van betrokkenheid.


We dragen ze mee op onze bewonderenswaardige veldtochten

maken ze rijker bij glorierijke doortochten

zonder schaamte.


We erotiseren haar verhalen in boeken

voegen haar sterfelijkheid bij de

onsterfelijken op het world wide web.

We verheffen haar tot kunst

van geparfumeerde volmaaktheid.


Het volmaakte lichaam van een jongeling. 

Zijn volmaaktheid wekt een lust van handelen

geschapen in vrijheid.


II

De vlag 

ze wappert maakt 

muziek met de wind. 

Wij lachen

om haar onschatbare waarde

om haar pracht als opzwepend gerief.

De lucht erronde

zo zuiver - zo schoon - zo vluchtig

zo een drachtig omhuld als symbool. 

En ogen die kijken

koesteren die stof.


III

We dragen het vaandel over berg en dal.

Het zeezout streelt onze wonden.

De duisternis houdt ons stil in glorierijke dagen.

Verlies is geen verlies - neen

verschrikkingen worden aanbeden

als een bouquet van bloemen.

Neusvleugels worden gestreeld door de geur van modder.

Hemelscharen openen zich in een hel van de onderwereld.

Muziek van duizenden muggen streelt ons naakte lichaam.

volmaakt.

In onze aderen stroomt het bloed

als een verschijning van licht.

Loopgraven zijn ons huid

bewonderenswaardig is onze moed.


Hoera - hoera - 3X hoera.


Blauwe bloemen openen zich. 

Het verwrongen staal toont.

De muil van de oceaan slokt het bloedend hart op.

Geen tijd voor het spel van romantiek. 

Klaprozen verliezen hun blad.

Ik hou van jou.

Ik hou niet van jou.

Hij houdt van mij. 

Hij houdt niet van mij.

Muziek ontaard in woedende noten

verscheuren het blad voor de ogen van de componist.


IV

We trekken noordwaarts.

We trekken zuidwaarts.

We trekken het vaandel achterna.

We volgen de trommelaar.

We volgen zijn ritme

als een boormachine pulp achterlatend.

En we kijken in de gen van de doden

verschrompeld.

Hij vraagt om begraven te worden

gescheiden van zijn uitwerpselen

begraven in vrijheid.


De vlag kleurt rood.


Are - Ares

jouw kanonnenvlees vult aardse putten

van steden en graanvelden.

Een vat van misère

begraven in ijskoude grond.


Are - Ares

op elke slag volgen nieuwe veldheren

verzamelen zich rijk aan uitheemse culturen

aanbidden geen terreinen en stromen

en begraven oude restren zonder respect.


Ares - Ares

gebieden worden ontnomen

het gevecht is voor eigen gewin.

Zij bedanken meet een nor als geschenk. 

Recht noch wet biedt je bescherming. 


Ares - Ares

gebonden aan de duisternis

brandt elke druppel bloed

verborgen voor de pestilentia van de octopus. 

We stappen door uitgedroogde gebieden 

en tranen verdwijnen bij elke windstoot.


V

De gastheer zingt het lied van de vijand

in zijn kelders beschermt hij de mol

wappert zijn liefde

Honingzoet drijft hij op de stroom van de bezetter

een zweer geënt op een holle boom.


Zijn listige woorden houden de vijand blind

voor het rif op de bodem. 

Hij bindt de loze liefde van de beste wijn

van onder de koelen streelt hij hun epos.

Punisch scheert hij hoge toppen

zijn doel is nobel.


VII

Ze trekken hun zwarte lijn.

Ze spelen hun spel met andermans leven.

Ze verdienen hun geld met andermans arbeid.

Ze drinken hun eigen wijn uit andermans kelders.

Ze gebruiken hun vrouwen van andermans mannen.

Ze wonen hun eigen huizen in andermans eigendom.

Ze openen hun rattenval waar ze dode botten verspeelden.

Ze houden hun nachten achter andermans gesloten deuren.


Het perfide spel wordt tweezijdig gespeeld

hun lach schoffeert.


VIII

Sommige zoeken zekerheid - standvastigheid

ja, de afdaling lonkt.

De zwarte rook wordt kleurrijk voor hun ogen

want kinderen klagen en wenen. 

De overlevingsdrang verleidt

murw geslagen door

het nooit ophoudende gesnik van ingewanden

en tranende ogen van giftige rook.


Bij de verleider wappert 'De Vlag'

IN HOC SIGNO VINCES.*


IX

In de tunnel van verdrongen culturen

kruipt de traagheid achteruit. 

Verdwijnen de gedachten

menigmaal met valse waarden

uitgestald achter gesloten vitrinekasten

en voor de ogen van de toeschouwer. 

Hij roept de folklore als getuige

showt de vernedering van het dundoek

als semafoor van gelijk.


Waar en wanneer

het geflirt met de waarheid wordt als machteloos vlees

veroordeeld tot een ongelukkig stompzinnig skelet

gevaarlijk als gangreen

en zacht als crème fraîche je lichaam binnenrollend

je papillen streelt en zoet je strot voorbij glijdt

je zekerheden onderuit haalt.


X

Toch zij wappert - hangt 

in een achterkamer

in de donkerte van een tunnel

in een vergeten bos

in een schuilkelder

in het doolhof van mergelgroeven

in bijna onbereikbare dorpen

bij geheime genootschappen. 


Maar bovenal

men ziet ze niet

men draagt ze mee 

men spreekt er niet over

 men heiligt ze als een relikwie

men beschermt ze als een heilige graal. 


XI

En zie dit is het verzet

van een menigte van vulkanen 

van het wachten en de schaamte

van het bonzen van handen op deuren

van woorden in een taal uit geheime kamers

van een woest uiterlijk, klaar voor de uitbarsting


van een volk dat zijn eigenheid heeft bewaard

van een volk dat houdt van wat het is

van een volk dat hoopt op vrijheid

van een volk dat respect verdient

van een volk dat zoekt naar rust

van een volk dat wil leven

van een volk dat is.


XII

De schaduw die ons volgt verdwijnt langzaam 

tergend langzaam

de vrijheid vanbinnen sluimert.

We nemen reeds een jaarlijkse verzekering op de toekomst

en bakken reeds ons eigen brood

zingen reeds ons eigen lied

op de clandestiene gronden van het vaderland. 

In onze linker houden wij - de liefde

in onze rechter houden wij - de stok gereed.


XIII

Hier stopt het. 

De uitweg wordt nu bepaald in de tijd

loopt me met de stroom.

Zijn lengte is onzichtbaar.

Het is wachten op de eerste stroomversnelling

af en toe fladdert een vlinder voorbij.

Dan vertoont de middelvinger een rechte van de letter 'F'.

Het is hopen

op verandering

op rust

op de roos

of op de tulp die in eigen grond groeit.

Nee hier stopt het niet. 

Nee dit is geen afscheid.


                                         Peter Goossenss

dinsdag 1 maart 2022

'Dood en cultuur' videogedicht

Gedicht uit de vijfde bundel 'Het bloed bruist'



 

'Mobiele beelden' videogedicht

 Gedicht uit de vijfde bundel 'Het bloed bruist'